Dit Nederlands woord is een mooi gevormd woord, er vloeit kracht uit als men het uitspreekt: PRrr..uim. Dit komt omdat dit woord begint met de met beide lippen gevormde medeklinker P ( in de fonetiek bilabiaal genoemd) gevolgd door een met de tong en de tanden gevormde medeklinker R (in de fonetiek dentaal genoemd). De fonetiek is een objectieve en bovendien belangrijke en uiterst interessante mens wetenschap die in de taalkunde jammerlijk - ten onrechte - zeer stiefmoederlijk wordt behandeld. Het is wel de basis van de logopedie, een tak van de geneeskunde waarbij men spraakstoornissen en spraakgebreken tracht weg te werken.
De PRUIM dus. Er zijn vele soorten pruimen, grote en kleine, blauwe, purperen en groene, inlandse en buitenlandse, verse maar ook gedroogde pruimen. In de Engelse taal luistert een verse pruim naar de eerder licht en luchtig klinkende naam PLUM ("plum-plum, plum plum,..", dat klinkt bijna als een lieflijk zwevend pluimpje), een gedroogde Engelse pruim daarentegen reageert enkel als men ze beleefd aanspreekt met de streng-stijve naam PRUNE.
Intussen fronst U waarschijnlijk - begrijperlijkerwijze - de wenkbrouwen en vraagt U zich stilaan af: waar wil hij nu naar toe?
Wel, mede in verband met de nakende, eigengereide, abstracte openbaring van mijn abstract 'Kunstenaarschap' op deze abstracte blog - nog even geduld dus - komt hier al de abstracte aap uit de abstracte mouw van FOAM (Fotografie museum Amsterdam). Op de webwerf van deze vooruitstrevende, zo niet voortvarende instelling wordt een foto tentoonstelling aangekondigd onder de naam 'PRUNE'.
Waar foto musea in vroegere tijden HET KRUIM van de fotografie toonden, is men in de hedendaagse tijden blijkbaar overgestapt op het tonen van DE PRUIM van de fotografie, vandaar dus...
Hierna de tekst van de aankondiging op de FOAM website:
"PRUNE - abstracting reality
18 september - 9 december 2009
De tentoonstelling PRUNE - abstracting reality richt zich op de complexe maar intrigerende relatie tussen realisme en abstractie in hedendaagse fotografie. In de tentoonstelling wordt alleen fotografisch werk getoond dat daadwerkelijk gebaseerd is op de zichtbare werkelijkheid, maar deze werkelijkheid zo weergeeft dat er in meer of mindere mate sprake is van een abstrahering. De foto's worden dan ook allereerst gewaardeerd om de abstracte, formele kwaliteiten zoals vorm, kleur en compositie. Pas in tweede instantie herkent de kijker het onderwerp dat door het werk wordt weergegeven. Dan wordt de kijker zich bewust van een achterliggend verhaal en een door de fotograaf gehanteerd concept. Veelal dwingt de informatie op het onderschrift de kijker zich op een hernieuwde manier te verhouden tot het werk. Dit uitgangspunt benadrukt dat er bij fotografie altijd sprake is van een abstractie van de werkelijkheid en dat er vaak een achterliggend verhaal is dat zich pas indirect laat kennen.
PRUNE - abstracting reality heeft een wereldprimeur door de presentatie van American Landscapes, de nieuwste, nooit eerder getoonde serie van Adam Broomberg & Oliver Chanarin. Uitzonderlijk ook is de opname van werk uit de recente serie Cassini van Thomas Ruff. Ook deze werken zijn nooit eerder in Nederland getoond. Verdere deelnemers aan de tentoonstelling zijn Roger Ballen, Walead Beshty, Lisa Oppenheim, Julian Faulhaber, Luke Gilford, Idris Khan, Horacio Salinas en Elliott Wilcox. De tentoonstelling is samengesteld door gastcurator Kathy Ryan, directeur fotografie van The New York Times Magazine, in nauwe samenwerking met Foam.
Het beeld dat op een foto wordt getoond kan nooit simpelweg gelijkgesteld worden aan de werkelijkheid dat het representeert. In zekere zin toont de foto voornamelijk een abstractie van deze werkelijkheid. Toch heeft de fotografie voor velen een directe relatie met de zichtbare realiteit en kan daarom gebruikt worden voor vele doeleinden: om iets te zeggen over die werkelijkheid, voor journalistieke doeleinden of zelf als ondersteunend materiaal bij een rechtszaak. Toch is fotografie voor velen, al vanaf het begin van de fotografiegeschiedenis, ook het medium bij uitstek om zich te richten op die spanning tussen werkelijkheid en abstractie. Sommigen richtten zich daarbij op pure vormoefeningen, andere behielden bewust een herkenbare, maar zeer gedoseerde mate van realisme.
De laatste tijd zijn er steeds meer hedendaagse fotografen en beeldend kunstenaars die zich concentreren op deze spanning tussen abstractie en realiteit die zo eigen is aan de fotografie. Sommige komen tot vormen van abstractie door het specifiek gebruik van kadrering bij het vastleggen van een onderwerp. Anderen gaan veel verder en bewerken het op de werkelijkheid gebaseerde materiaal zodanig dat een directe identificatie met het onderwerp steeds moeilijker wordt. Ook de inhoudelijke gronden waarom binnen fotografisch werk steeds vaker gebruik wordt gemaakt van uiteenlopende vormen van abstrahering zijn uiterst divers: van een bewustzijn dat fotografie überhaupt slechts in zeer beperkte mate iets kan zeggen over de huidige complexe werkelijkheid tot een kritiek op een sterk gedigitaliseerde beeldcultuur waarin beelden feitelijk terug te brengen zijn tot abstracte data.
Deze tentoonstelling wordt mogelijk gemaakt dankzij ondersteuning van de Mondriaan Stichting."
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Zover is het dus gekomen: een (gerenommeerd) fotografie museum dat zonder enig verpinken aankondigt dat er, zoals hierboven in de tekst van de aankondiging door mij in het rood aangeduid, "alleen fotografisch werk wordt getoond dat daadwerkelijk gebaseerd is op de zichtbare werkelijkheid"
Dat staat dus in de hedendaagse fotografie blijkbaar voor 'vernieuwend' of ten minste toch voor een 'belangwekkend fenomeen' dat museale aandacht verdient ??
En verder ook nog die mijns inziens onzinnige bewering dat de tendenzen tot 'abstrahering' van het fotografisch beeld in het 'fotografisch werk' hun grond zouden vinden in "een bewustzijn dat fotografie überhaupt slechts in zeer beperkte mate iets kan zeggen over de huidige complexe werkelijkheid" ??
Kijk, als het technisch medium 'fotografie' al niets meer (= "überhaupt slechts in zeer beperkte mate") kan zeggen over de huidige ( en wat met de 'vroegere' ???) complexe werkelijkheid, wat of wie zou er dan wel nog iets kunnen over 'zeggen' ??
Het lijkt wel alsof men er vanuit gaat dat de 'werkelijkheid' zelve al niet meer zou bestaan ??
Ik vind dit een zeer dubieus én menselijk én maatschappelijk ondermijnend én gevaarlijk uitgangspunt. Het medium 'fotografie' wordt hier - opnieuw - misbruikt voor een totaal valse voorstelling van de mens en zijn wereld(beeld), en dit - opnieuw - in naam van de zogenaamde 'hedendaagse kunst'. Het wordt tijd dat er méér en ook door méér mensen tegengas (tegengif) wordt gegeven.
Over de - in deze tekst en context - lichtzinnige en valse voorstelling van het begrip "abstract", kom ik in een later blog item nog terug.
En nu nog 'de aap uit de mouw' : waar u misschien al dacht/aannemelijk achtte dat de FOAM tentoonstelling "PRUNE" iets met abstracte (gedroogde) pruimen van doen heeft, is dit in werkelijkheid hoogstwaarschijnlijk niet zo. Hetzelfde 5-letterwoord "PRUNE" staat in de Engelse taal, naast de betekenis van "pruim" als een zelfstandig naamwoord, ook voor het werkwoord (to) "PRUNE" wat in het Nederlands zoveel betekent als "SNOEIEN" (= knippen, afsnijden, kortwieken, vereenvoudigen, het overbodige weg doen...).
Met taal, woorden en hun betekenissen is het dus opletten geblazen: een woord is nooit zomaar een woord. Een woord op zich zegt eigenlijk niets, het zijn de betekenissen die tellen, volgens de diverse grammaticale en semantische functies die woorden in een zinsverband vervullen, als uitdrukking van een meer complexe gedachte, binnen het kader van een welbepaald, conventioneel taal-systeem (= een welbepaalde 'taal') dat bovendien op verschillende niveau's (intellectueel/psychologisch/sociologisch) operationeel is en nooit door één mens in zijn volledigheid kan worden beheerst.
Taal-dubbelzinnigheid, taal-misvatting en zelfs taal-onwetendheid zijn dus nooit ver weg, evenals het elitair gebruik of een bewust misbruik ervan, zoals dit met de titel "PRUNE" van de FOAM tentoonstelling het geval blijkt te zijn. Het bewust niet in een betekenis duidend zinsverband geplaatst Engels woord "PRUNE" is niet alleen dubbelzinnig op te vatten voor Engelstaligen, het is voor ééntalig Nederlandstaligen gewoon on-verstaanbaar. Voor laatstgenoemden maakt het dus geen moer verschil uit of men deze tentoonstelling als "PRUNE" dan wel als "PROEZEMOEN" voorstelt. Alleen de als "abstract" benoemde foto's zouden dan nog enige reële klaarheid in de taal duisternis kunnen brengen maar ook dit is zeer twijfelachtig, gelet op de "verhelderende" toelichting in het Nederlands dat de inhoudelijke gronden van deze foto's een uiting zouden zijn van "een bewustzijn dat fotografie überhaupt slechts in zeer beperkte mate iets kan zeggen over de huidige complexe werkelijkheid"
Tot wat dient het dan nog allemaal, behoudens de kinderlijke maar duivelse genoegdoening die de "Kunst Elite" erin kan vinden om de goedgelovige en blind-volgzame "kunst liefhebber" bewust op een verkeerd been en een doodlopend spoor te zetten? Misschien is juist dat wel de immorele kernloze kern van veel zogenaamde "hedendaagse kunst"?
Het door Nederlandstaligen alom gekende moralistisch rijmeldicht van de 18de eeuwse Nederlander Hiëronymus van Alphen "JANTJE ZAG EENS PRUIMEN HANGEN, O ALS EIJEREN ZÓÓ GROOOT..." heeft méér moderniteit, betekenis en "abstracting reality" waarde dan de abstracte verzameling van alle abstracte pruimen-foto's uit de FOAM "PRUNE" hedendaagse kunst-collectie.
In de "Vlaamse versie" van het historisch schitterend Vlaams zangcollectief met de Vlaamse naam "THE STRANGERS" stijgt het abstracte "abstracting reality" gehalte nog méér en klinkt het uitermate abstract betekenisvol in verschillende abstracte "talen" alsvolgt:
Jantje zag eens Pruimen hangen
Jantje zag eens pruimen hangen
o, als eieren zoo groot
't scheen dat Jantje wou gaan plukken
schoon zijn vader 't hem verbood
hier is, zei hij, noch mijn vader
noch de tuinman die het ziet
aan een boom, zoo vol geladen
mist men vijf, zes pruimen niet
maar ik wil gehoorzaam wezen
en niet plukken, ik loop heen
zou ik om een handvol pruimen
ongehoorzaam wezen? Neen!
voort ging Jantje naar zijn vader
die hem stil beluisterd had
kwam hem in 't loopen tegen
vooraan op het middenpad
kom mijn jantje, zei de vader
kom mijn kleine hartedief
nu zal ik pruimen plukken
nu heeft vader Jantje lief
daarop ging vader aan het schudden
jantje raapte schielijks op
jantje kreeg zijn hoed vol pruimen
en liep heen op een galop
o, als eieren zoo groot
't scheen dat Jantje wou gaan plukken
schoon zijn vader 't hem verbood
hier is, zei hij, noch mijn vader
noch de tuinman die het ziet
aan een boom, zoo vol geladen
mist men vijf, zes pruimen niet
maar ik wil gehoorzaam wezen
en niet plukken, ik loop heen
zou ik om een handvol pruimen
ongehoorzaam wezen? Neen!
voort ging Jantje naar zijn vader
die hem stil beluisterd had
kwam hem in 't loopen tegen
vooraan op het middenpad
kom mijn jantje, zei de vader
kom mijn kleine hartedief
nu zal ik pruimen plukken
nu heeft vader Jantje lief
daarop ging vader aan het schudden
jantje raapte schielijks op
jantje kreeg zijn hoed vol pruimen
en liep heen op een galop
Johnny once saw hanging prumes
Oh ... as chicken eggs so groot
It seemed that Johnny would go plucking
While his father 't him forboad.
But as I will be very clever
Then my father sees it not
On this tree so full of prumkes
He will not have it in the mot.
So he clautered in the prumetree
Stack his pocket full of fruit
But he mistrapped on a tackske
And fell down, flack on his snoot.
All the prumes were spice now
And the spice ran out his brook
It dripped softly in his couses
Johnny did not darf to look.
And again he was not lucky
Cause his father came there oan
And he gave him such a ramling
He could fourteen days not goan.
That is how end the silly story
Of little Johnny, the pruimenthief
Even with a lot of goesting
He did it never more upnief.
It seemed that Johnny would go plucking
While his father 't him forboad.
But as I will be very clever
Then my father sees it not
On this tree so full of prumkes
He will not have it in the mot.
So he clautered in the prumetree
Stack his pocket full of fruit
But he mistrapped on a tackske
And fell down, flack on his snoot.
All the prumes were spice now
And the spice ran out his brook
It dripped softly in his couses
Johnny did not darf to look.
And again he was not lucky
Cause his father came there oan
And he gave him such a ramling
He could fourteen days not goan.
That is how end the silly story
Of little Johnny, the pruimenthief
Even with a lot of goesting
He did it never more upnief.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten